Het gaat zo traag!

Gepubliceerd op 6 mei 2020 om 19:56

"Oke, ik snap het al... moet ik echt de rest van het filmpje nog kijken? Het gaat zo traag!

 

Mijn oudste zoon kreeg deze week voor het eerst nieuwe leerstof via instructiefilmpjes. De uitleg was traag, uitgebreid en herhalend. Voor elke stap werd uitgebreid de tijd genomen en algauw zag ik Giel bijna vechten met zichzelf om te blijven kijken. Ik twijfelde even – in de klas volgt hij ook gewoon mee – maar zette dan het filmpje op pauze en liet hem aan de slag gaan met het werkblaadje. Vlot maakte hij de oefeningen en hij kon verder naar het volgende filmpje. Dat tweede filmpje begon met een rustige herhaling van het eerste filmpje. Paniek in de ogen van Giel, dus we gingen even snel vooruit naar het nieuwe gedeelte dat opnieuw aan een voor Giel tergend traag tempo werd uitgelegd. Zo gauw hij dacht alle nodige info te hebben liet ik hem weer aan het werk gaan. En opnieuw ging het goed.

 

Snelle denkers vinden het enorm lastig – en soms onmogelijk – om hun aandacht erbij te houden als de instructies traag en uitgebreid gegeven worden. Vaak haken ze na een tijdje af door sneller aan de slag te gaan of door weg te dromen. Soms is dit geen probleem en kunnen ze met die beperkte informatie toch op de juiste manier werken, zoals in mijn voorbeeld hierboven. Maar het kan ook zijn dat ze op die manier een stuk van de instructie missen die ze wel nodig hebben om de taak correct uit te voeren. Dan gaan ze fouten maken of taken niet volgens de instructies uitvoeren.

 

Snelle denkers hebben niet enkel genoeg aan een verkorte instructie, het is simpelweg de instructie die het meest geschikt is voor hen. Na de meest cruciale informatie die in een vlot tempo meegegeven wordt, kunnen de (hoog)begaafde kinderen al aan de slag. Geen tijd om af te dwalen of de taak al bij voorbaat saai te vinden. Ook de hoeveelheid oefenstof wordt best beperkt. Het veelvuldig inoefenen van iets wat gekend is zal bij deze kinderen niet alleen irritatie opwekken, maar ook vaak leiden tot onzorgvuldig werken (met fouten tot gevolg) en een dalende motivatie. Als het kind met een beperkt aantal oefeningen aantoont dat de lesstof toegepast kan worden, mag er ruimte gemaakt worden voor uitdagend materiaal.

 

Deze kinderen hebben evenzeer begeleiding en feedback nodig bij de verwerking. Het is niet omdat een kind de lesstof begrijpt dat hij of zij zelf goed aan het werk zal gaan. Soms zijn de vaardigheden om een instructie tot uitvoering te brengen nog niet voldoende ontwikkeld. Anderen missen het zelfvertrouwen om zonder feedback aan de slag te blijven en kunnen daar wat begeleiding gebruiken. Met de juiste ondersteuning zullen deze kinderen dan ook hierin groeien en zelfstandiger worden.

 

Thuis is dit alles natuurlijk vrij gemakkelijk toe te passen, maar ook in de klassituatie zou er op deze manier gedifferentieerd moeten worden. Net zoals een groep leerlingen na de basisinstructie nog een uitgebreide instructie krijgen, moeten de (hoog)begaafde leerlingen een aangepaste korte instructie krijgen zodat ze op een voor hen passende manier aangesproken worden en ze zich het best kunnen ontplooien.

Reactie plaatsen

Reacties

Er zijn geen reacties geplaatst.